Ga naar de hoofdinhoud

Wat is bronchiaal carcinoom?

Bronchiaal carcinoom wordt in de volksmond ook wel longkanker genoemd en is een van de meest voorkomende vormen van kanker in Europa. Vooral rokers ontwikkelen vaak bronchiaal carcinoom, dat kan worden behandeld met chemotherapie of chirurgie, maar zelden volledig wordt genezen.

Wat zijn de symptomen van bronchiaal carcinoom?

In het begin van de ziekte veroorzaakt longkanker vaak geen of slechts aspecifieke symptomen. Naast een algemeen gevoel van vermoeidheid kan de patiënt ook last hebben van hoesten of pijn op de borst. Deze symptomen kunnen echter veel verschillende oorzaken hebben, zoals bronchitis of een verkoudheid, en daarom wordt bronchiaal carcinoom vaak niet in een vroeg stadium gediagnosticeerd. Net als bij andere vormen van kanker is de kans op genezing groter naarmate de diagnose bronchiaal carcinoom eerder wordt gesteld en de behandeling wordt gestart.

Een bronchiaal carcinoom dat al in een vergevorderd stadium is, brengt uitgesproken symptomen van de ziekte met zich mee. Deze omvatten bijvoorbeeld snel gewichtsverlies, bloederig sputum en/of kortademigheid. Als het bronchiaalcarcinoom al uitzaaiingen heeft gevormd, kunnen verdere symptomen optreden, bijvoorbeeld hoofdpijn, verminderd gezichtsvermogen en evenwicht en/of hoofdpijn als er al uitzaaiingen in de hersenen zijn.

In welke stadia van kanker wordt bronchiaalcarcinoom ingedeeld?

Net als andere soorten kanker wordt bronchiaalcarcinoom veroorzaakt door gedegenereerde cellen. Deze gedegenereerde cellen vermenigvuldigen zich ongecontroleerd en verdringen gezond weefsel in het lokale gebied. In een later stadium kunnen afzonderlijke kankercellen zich ook via de bloed- en lymfevaten door het lichaam verspreiden en zo elders uitzaaiingen vormen. Op basis van dit verloop verdelen artsen bronchiaal carcinoom in TNM-classificaties, die gebaseerd zijn op een internationaal systeem om de verspreiding van de tumor te beschrijven. "T" staat voor tumorgrootte, "N" voor lymfeklierbetrokkenheid (Nodi lymphatici) en "M" voor de aanwezigheid van uitzaaiingen:

  • Tis: Vroeg kankerstadium, d.w.z. de tumor is nog gelokaliseerd
  • T1: De tumor heeft een maximale diameter van 3 cm bereikt en is nog beperkt tot het longweefsel of het borstvlies.
  • T2: De tumor heeft een diameter van meer dan 3 tot maximaal 5 cm bereikt en tast de hoofdbronchus of of het borstvlies of een deel van de long aan.
  • T3: De tumor is minstens 5 cm en maximaal 7 cm groot en tast de binnenste borstwand aan of heeft al een extra tumorknobbel in dezelfde longkwab ontwikkeld.
  • T4: De tumor is groter dan 7 cm en heeft al andere organen aangetast of heeft al een extra tumorknobbel ontwikkeld in een andere longkwab.
  • N0: De lymfeklieren zijn niet aangetast.
  • N1: De lymfeklieren aan dezelfde kant van het lichaam als de tumor zijn al aangetast.
  • N2: In het mediastinum en/of bij de uitgang van de twee hoofdbronchiën aan dezelfde kant als de tumor hebben zich lymfeklieren gevormd.
  • N3: De lymfeklieren in het mediastinum of bij de uitmonding van de twee hoofdbronchiën aan de tegenoverliggende zijde (contralateraal) van de tumor zijn aangetast, evenals de lymfeklieren in de hals en boven het sleutelbeen.
  • M0: Er zijn geen uitzaaiingen aanwezig.
  • M1: Er zijn uitzaaiingen aanwezig.
  • Longkankerstadium 0: komt overeen met de TNM-classificatie Tis N0 M0. Volgens deze is er sprake van een vroege vorm van kanker die nog lokaal beperkt is (carcinoma in situ), de lymfeklieren nog niet heeft aangetast en nog geen verre uitzaaiingen heeft gevormd.
  • Longkanker stadium I: wordt verdeeld in A en B. Stadium IA komt overeen met een classificatie van T1 N0 M0: Het kwaadaardige bronchuscarcinoom heeft een maximale diameter van 3 cm, is omgeven door longweefsel of longpleura en tast de hoofdbronchus niet aan. Er is ook geen lymfeklierbetrokkenheid en geen verre metastasen. Stadium IB komt overeen met de indeling van T2a N0 M0: De tumor is meer dan 3 tot maximaal 4 cm in diameter, tast de lymfeklieren niet aan en is niet uitgezaaid naar andere organen of weefsels. In dit stadium heeft longkanker de beste prognose en is vaak nog te genezen.
  • Stadium II longkanker: wordt verdeeld in A en B. Stadium IIA komt overeen met de classificatie T2b N0 M0: De diameter van de tumor is meer dan 4 en maximaal 5 cm, tast nog geen lymfeklieren aan en heeft nog geen verre uitzaaiingen gevormd. Stadium IIB komt overeen met de classificatie T1 (a t/m c) met lymfeklierbetrokkenheid van het type N1, maar er zijn geen verre uitzaaiingen (M0). In stadium II kan bronchiaal carcinoom alleen in sommige gevallen genezen worden na een zeer complexe behandeling. Statistisch gezien neemt de levensverwachting van de patiënt echter al sterk af.
  • Longkanker stadium III: Zodra de lymfeklieren zijn aangetast, maar er nog geen verre uitzaaiingen zijn, omvat dit tumoren van elke omvang. In dit stadium is het bronchiale carcinoom meestal zo ver gevorderd dat het slechts in zeldzame gevallen kan worden genezen.

Hoe kan longkanker behandeld worden?

De behandeling van bronchiaal carcinoom hangt altijd af van het stadium van de kanker, maar ook van de algemene gezondheidstoestand van de patiënt. Artsen maken over het algemeen onderscheid tussen curatieve en palliatieve therapie. Terwijl curatieve therapie erop gericht is longkanker te genezen, wordt palliatieve therapie gebruikt voor degenen die niet meer te genezen zijn. Palliatieve therapie is dus bedoeld om het leven van de patiënt te verlengen en zijn of haar symptomen te verlichten.

In het algemeen kan bronchiaal carcinoom worden verwijderd door een operatie of kunnen de snelgroeiende kankercellen worden behandeld met chemotherapie of radiotherapie. Soms worden ook combinaties van de respectieve behandelingsmogelijkheden gebruikt.

 



Twee veel voorkomende virussen worden in verband gebracht met longkanker: - Papillomavirus / Humaan Papillomavirus (HPV) - Rubeolae Virus

CAFL:

462, 776, 852, 1.582k, 2.104k, 2.144k, 2.184k